Betekenis op de Agenda
Jan van Til
Betekenis wordt nog vrijwel
nergens als problematisch ervaren. Betekenis spreekt ‘immers’ voor zich en de
meeste mensen gaan er dan ook schouderophalend aan voorbij. Betekenis?
Eventuele onduidelijkheden bespreken we onderling – dat leidt tot wederzijds
begrip en waar nodig tot nadere afspraken. En die afspraken, die betekenissen,
leggen we vervolgens vast – in een (soort) woordenboek. Klaar! En zo is het
ook.
Tegelijk is het ook weer een
stuk ingewikkelder. Want betekenissen zijn natuurlijk lang zo statisch niet als
zo’n woordenboek doet vermoeden. Betekenissen
veranderen door de tijd heen. En met hedendaagse dynamiek in maatschappij en
bedrijf veranderen betekenissen ook steeds sneller. Een ander punt is dat zo’n woordenboek lang niet alle nuances bevat die in onderling
menselijk verkeer zo doodgewoon zijn. Uitsluitend de meest gebruikte, de
belangrijkste betekenissen raken erin opgenomen.
Zo’n woordenboek is daarmee per definitie incompleet en
loopt altijd achter de actualiteit aan. Wij mensen weten dat wel en ‘vergeven’
woordenboek ruimhartig zijn traagheid. Onderling komen we wel tot de meest
passende betekenis bij de onderhavige situatie. Dynamische (situationele)
toekenning van betekenis is inherent aan ons mens-zijn. Het is op die manier
dat we onze onderlinge communicatie zinvol en soepel gaande houden en ook vèrder komen. Niets bijzonders eigenlijk. Betekenis op de
agenda? Wat is het probleem eigenlijk? Nee, er is wel meer te doen.
Jammer. Wel begrijpelijk
vanuit onderling menselijk perspectief – maar jammer! Want zo missen we
cruciale effecten van een in kwalitatieve zin veranderde en nog steeds
veranderende maatschappij! In onze moderne informatiesamenleving raken onze
menselijke contacten steeds intensiever gemedieerd
door alsmaar meer ICT-systemen. Dat betekent dat veel
van wat we elkaar – tegenwoordig in wereldwijde setting – proberen te
vertellen, door middel van hele netwerken aan onderling gekoppelde ICT-systemen wordt overgebracht. Direct onderling menselijk
contact verdwijnt op die manier naar de achtergrond en voor de door-en-door menselijke vraag “hoe bedoelt u” – in geval
van onzekerheid over precieze bedoeling – is niet of nauwelijks tijd of ruimte
meer. De volgende situatie met weer nieuwe informatie dient zich immers al weer
aan en vraagt nu onze ‘onverdeelde’ aandacht.
Wie niet vlot tot juiste
betekenis weet te komen, is niet (goed) in staat tot de meest doeltreffende
acties te besluiten. En de vraag dringt zich dan ook op: Hoe goed (of slecht)
zijn onze hedendaagse ICT-systemen in het adequaat
overbrengen van door gebruikers (mensen dus) bedoelde betekenis?
Wat we ons niet/onvoldoende
realiseren, is dat onze ICT-systemen op een volstrekt
andere manier omgaan met betekenis dan wij, mensen, dat doen. Wij mensen
stellen betekenis vast op basis van hetgeen zich aan
ons voordoet. Wij mensen komen in een bepaalde situatie terecht en komen
aansluitend tot betekenisgeving. En de toegekende betekenis is bepalend voor
ons gedrag, onze acties. Heel dynamisch dus. En daar waar in hedendaagse
dynamiek situaties ingewikkelder worden en ook sneller wisselen, wordt
betekenis vluchtig en merkbaar situatieafhankelijk.
Onze ICT-systemen
zijn echter gebaseerd op betekenis die op vóórhand is vastgelegd voor
situaties die zijn vóórzien.
Statisch dus. En die twee manieren van doen staan… haaks op elkaar.
Eigenlijk hebben onze huidige
ICT-systemen veel weg van (statische) woordenboeken:
ze lopen qua betekenissen (ver) achter op mensen die dynamisch tot toekenning
van betekenis komen. En dat wordt een steeds groter probleem in modern bedrijf
en hedendaagse informatiemaatschappij. Want zowel bedrijf als maatschappij
draaien op een veel hoger ‘betekenistempo’ dan onze huidige ICT-systemen
kunnen bijbenen. De betekenissen die onze huidige ICT-systemen ons bedoelen
voor te schotelen wijken steeds sneller en ook sterker af van hetgeen wij mensen zelf dynamisch en actueel aan betekenis
toekennen. Dat leidt tot verwarring bij mensen, daarna tot ònvoorzien menselijk gedrag
vanuit het perspectief van ICT-systemen, aansluitend
tot inconsistentie van informatie in die systemen en ten slotte tot verlies van
betekenis van dergelijke systemen voor mensen.
Wie zit niet met enige
regelmaat fronsend achter zijn/haar scherm te staren naar informatie die de
klok weliswaar heeft horen luiden, maar toch echt niet weet waar de klepel
hangt en scherpte mist? Wie vertrouwt er (nog) op dat ICT-systemen
overeenkomstig uw bedoelingen (betekenissen) met de
door u, naar beste eer en geweten verstrekte informatie omgaan? Tja, met
dergelijke ICT-systemen kunnen mensen al vrij snel
niet – zinvol – meer uit de voeten….
Daar komt nog eens bij dat
ontwikkeling van dergelijke ICT-systemen steeds meer
tijd in beslag neemt (terwijl verkorting ervan juist dringend gewenst is).
Logisch: er moet in steeds meer onderling afhankelijke situaties worden vóórzien die de
op vóórhand
vastgestelde betekenissen van bijbehorende informatie steeds weer opnieuw onder
grote druk zetten. Tegelijk neemt de onderhoudbaarheid ervan sterk af (terwijl
we steeds afhankelijker worden van hun perfecte werking). Logisch: elke
situatie die er bij komt, moet in combinatie met alle reeds
bestaande situaties worden ingepast, gebouwd en getest. Ten slotte daalt ook de
bruikbaarheid snel (terwijl mensen snakken naar ICT-systemen
die naadloos aansluiten op hun werkelijkheid van nu). Logisch: tegen de tijd
dat de ‘nieuwe’ situatie is ingebouwd… loopt die alweer achter op wat nu aan de
orde van de dag is. Zo houden verwarring en inconsistentie krachtig aan. En dat
loopt spaak! Toch?
Al met al is er meer dan
voldoende reden betekenis van informatie (hoog) op de agenda te plaatsen. Daar
waar beweeglijkheid in bedrijf en maatschappij sterk zijn toegenomen en nog
steeds verder toenemen, ‘beweegt’ betekenis van informatie soepel mee en wordt
als het ware vloeibaar.
In een dergelijke wereld, een
wereld die in vrijwel niets meer lijkt op de zo stabiele ‘plek’ van – zeg –
1960/70 is heroriëntatie op betekenis geen keuze meer, maar noodzaak. Vaste
zuilen en hiërarchieën die situaties annex betekenissen stevig op hun plek
hielden, zijn nagenoeg geheel verdwenen. Ze maakten plaats voor snel en
continue veranderende netwerken van relaties tussen wereldwijd verspreide en
intensief communicerende mensen. En onze ICT-systemen
zullen moeten leren vloeibaar geworden betekenis soepel en vlot over te
brengen.
Die heroriëntatie houdt in
dat betekenis-van-informatie het primaat krijgt. Dat
leidt onvermijdelijk tot een nieuwe organisatie van informatie: een organisatie
tot robuuste informatie-infrastructuur. Met zo’n
informatie-infrastructuur – vergelijk het maar met infrastructuur voor fysiek
verkeer – komt een veelheid aan mensen (middels ICT-systemen
nieuwe stijl) op een veelheid aan manieren tot heel dynamisch gebruik van in
wezen steeds dezelfde infrastructurele informatie. Uit ordelijk samenhangende
informatie-infrastructuur haalt iedere deelnemer met zekerheid de informatie
van zijn/haar gading – informatie met de, op dat moment, juiste betekenis en
waarde.
Die heroriëntatie houdt, met
andere woorden, in dat ICT-systemen (nieuwe stijl) de
oermenselijke “hoe bedoelt u” vraag snel en gemakkelijk beantwoorden opdat
juiste betekenis trefzeker kan worden toegekend en bedoelde activiteiten kunnen
volgen. Zo houden we als mensen onze onderlinge – door ICT-systemen
intensief gemedieerde – communicatie zinvol gaande en
komen we vèrder.
Ja, klopt, dat is ‘even’ een
klus, maar wie tijdig overstapt naar informatie-infrastructuur voorkomt daarmee
ontwrichting van naderende Babylonische spraakverwarring.
Informatie-infrastructuur is een uitstekende springplank naar uw en mijn volgende doorbraak in informatiesamenleving. Zet
betekenis daarom prominent op uw agenda!
September
2009, 2009 © Jan van Til
Voorgaand
artikel is eveneens gepubliceerd op mijn blog “Informatiekundig bekeken”.