Hup informatiehub!
Jan van Til
Verreweg de meeste
informatieverzamelingen worden tegenwoordig gemanaged met behulp van
informatiesystemen. Dergelijke informatiesystemen annex informatieverzamelingen
worden meestal betrekkelijk onafhankelijk van elkaar, elk vanuit eigen
invalshoek(en), ontwikkeld en onderhouden. Mede daardoor vullen veel
informatieverzamelingen elkaar prachtig aan terwijl er tegelijk ook sprake is
van (mogelijk tegenstrijdige) overlappingen. Ter illustratie: veel
informatieverzamelingen bevatten informatie over personen.
Uit overwegingen van
efficiency is in de loop van de tijd de idee ontstaan informatieverzamelingen
te koppelen. Zo’n verbinding heet ook wel “interface”
en loopt via de managende informatiesystemen. Om “de interfacing”
ter invulling van een bepaalde informatiebehoefte ordelijk te laten verlopen,
moet in de ene informatieverzameling vaak extra informatie worden opgenomen.
Informatie die door het andere informatiesysteem gebruikt wordt ter
identificatie van relevante informatie. Op die manier ontstaat dan een starre
configuratie die begint bij de uitgebreide informatieverzameling (1) en via het
ene informatiesysteem (2) over de interface (3) doorloopt tot in het andere
informatiesysteem (4).
Tegenwoordig hebben wij-met-zijn-allen – dat wil zeggen: de vele organisaties
in al hun variërende en gevarieerde interne en externe samenwerkingsverbanden –
te maken met legio informatieverzamelingen annex
managende informatiesystemen met daartussen dito interfaces. Dat komt neer op
de toevoeging van veel extra (schakel)informatie in veel
informatieverzamelingen. Informatie waar geen van de managende
informatiesystemen om heeft gevraagd of ook maar belang bij heeft. Informatie
die desondanks toch zorgvuldig onderhouden moet worden – op
straffe van uitval van (delen van) de informatievoorziening. Ook
ontstaan er op die manier eindeloos veel starre configuraties. Configuraties
die gemakkelijk en snel onderling afhankelijk raken. Het onderhoud aan
interfaces ontwikkelde zich al met al tot een organisatieoverstijgende,
arbeidsintensieve en foutgevoelige aangelegenheid.
De afgelopen (ruim) drie
decennia is zowel door leveranciers van software/expertise als door betrokken
organisaties zelf, ongelooflijk veel tijd en geld gestoken in de ontwikkeling
en inzet van integratieconcepten, gereedschap en de organisatie van
integratiemanagement. De tot nu toe behaalde resultaten steken daar (nog)
schril tegen af en werken vaak alleen onder relatief eenvoudige/ideale
omstandigheden.
Maar… waarom focussen we ons
eigenlijk (vrijwel) uitsluitend op integratie via interfaces – hoe geavanceerd
van opzet ook? Hoe kunnen we onze veelheid aan starre en onderling afhankelijke
koppelingen voorzien van gewenste beweeglijkheid? Hoe, met andere woorden,
ontwikkelen we die koppelingen tot goed geoliede scharnieren?
Dat vergt, inderdaad, een
extra voorziening: een scharnierpen. Anders gezegd:
een informatiehub, een overstappunt/verdeelpunt waar informatieverkeer ordelijk
wordt doorgeschakeld. Zo’n informatiehub (scharnierpen) werkt enerzijds als krachtige organisator van
onderlinge samenhang, terwijl de afzonderlijke informatieverzamelingen
(scharnierbladen) tegelijkertijd losser van elkaar komen te staan.
Op die manier kan elke
informatieverzameling annex managend informatiesysteem zich weer geheel en al
toeleggen op de eigen ‘business’ – die vaak al ingewikkeld genoeg is. Ter
invulling van de eigen informatiebehoeften meldt elk afzonderlijk
informatiesysteem zich eenvoudigweg bij de centrale informatiehub, die nu de voorheen
verspreid geregistreerde schakelinformatie bevat plus ondersteunende informatie
ten behoeve van noodzakelijke adressering. Op de informatiehub liggen de
informatiesleutels nu klaar voor doorschakeling naar bedoelde informatie.
Informatie over, bijvoorbeeld, personen raakt via informatiehub in principe
voor en vanuit elk aangesloten perspectief bereikbaar – in alle aanwezige
overeenkomsten en verschillen.
Als zo’n
informatiehub eenmaal naar tevredenheid ‘draait’, kunnen de nu losser
(onafhankelijker) van elkaar verkerende informatieverzamelingen stap voor stap
en op transparante wijze worden gereorganiseerd tot een duurzaam
informatiestelsel.
Foute informatie wordt
gecorrigeerd; duplicaten en inconsistenties verdwijnen langzaam maar zeker uit
het ‘informatiestraatbeeld’. De behoefte aan opslag en aanverwant beheer daalt.
Uit de stelselmatige organisatie van informatie ontwikkelt zich een beperkt
aantal authentieke informatieverzamelingen annex managende informatiesystemen
waar tal van toepassingsgerichte informatiesystemen op uniforme wijze gebruik
van maken. De kwaliteit van informatiebetekenis neemt toe. Veel
informatiesystemen worden nu kleiner, eenvoudiger en wendbaarder. Nieuwe
informatiebehoeften worden sneller ingevuld; de time to market
ervan daalt. Kwaliteit en snelheid van dienstverlening nemen sterk toe.
Ziet u het? Zo ontstaat een
nieuw en duurzaam informatiestelsel waar mensen in allerlei
samenwerkingsverbanden productief mee dóór kunnen.
Een krachtige en infrastructureel ingestoken scharnierpen
die elk van haar vele en los van elkaar opererende scharnierbladen zowel
bijeenhoudt als ook alle gewenste bewegingsruimte laat. Hup informatiehub!
Juni
2010, 2010 © Jan van Til
Voorgaande
tekst is eveneens gepubliceerd op mijn blog “Informatiekundig bekeken”.