Bouwen aan de informatierechtsstaat
Jan van Til
Op 20 juli 2008 lanceerden Pieter Wisse en Paul Jansen versie 3.0 van het iDNA Manifest. Deze versie is een belangrijke
verbetering ten opzichte van versie 2.1 (beschikbaar sinds december 2005) – dat
wordt al snel duidelijk!
Met versie 3.0 ontwikkelden
Wisse en Jansen een evenwichtiger iDNA
Manifest door verscherpt zicht op personen en hun handelingen met
persoonsinformatie in en tot robuuste informatiemaatschappij.
Aanleiding voor vernieuwing vormde
een lacune die werd aangewezen door Ruud van
Vliet: in versie 2.1 van het iDNA
Manifest laat zich gemakkelijk lezen dat gebruiksplicht van persoonsinformatie
beperkt is tot overheidsinstanties. Ten onrechte! Van Vliet, ziet ook
gebruiksplicht weggelegd voor bijvoorbeeld commerciële zorginstellingen en
bankbedrijven. Wisse en Jansen grepen deze wijzigingsaanzet aan voor verwoording
van verder verscherpt inzicht (zie bijvoorbeeld de opmerking bij artikel 8). Het
resultaat? Een compleet nieuwe versie van het iDNA Manifest.
In deze column deel ik de (voor
mij) belangrijkste overeenkomsten en verschillen met u. Daarbij is het is
nuttig het Manifest bij de hand te hebben. Zowel de oude
als ook de nieuwe
versie van het iDNA Manifest zijn
beschikbaar als studie-/naslagmateriaal.
Gezonde basis.
Artikel 1 van het manifest is
geheel in tact gebleven: “Informatie over de individuele (rechts)persoon is
eigendom van diezèlfde (rechts)persoon”. En dat is goed nieuws want dat eerste artikel
was en is immers de spil waar het iDNA
Manifest om draait. Of, anders gezegd en voor wie het ziet: artikel 1 vormt het
verdwijnpunt waaruit heel het manifest tot (op)richting komt.
Verstevigd fundament.
Beide versies van het iDNA Manifest gaan prominent uit van het
eigendomsrecht van de persoon over zijn persoonsinformatie (artikel 1). De
positie van dat eigendomsrecht komt in de nieuwe versie echter uitdrukkelijk naar
voren. De uitwerking van eigendomsrecht verloopt nu via (artikel 2) “oorspronkelijk
en volledig beschikkingsrecht van de persoon over zijn persoonsinformatie”.
Gebruiksrecht wordt in versie
3.0 van het iDNA Manifest consequent aangeduid
met de term ‘handelingsrecht’. Dat handelingsrecht omvat het gebruik en vloeit voort
uit het op enig moment geldende beschikkingsrecht van een persoon over zijn
persoonsinformatie. Net als in de oude versie, kan beschikkingsrecht bij wet beperkt
zijn met het oog op voldoende waarborgen voor onderling maatschappelijk (informatie)verkeer.
Daar waar de oude versie zich
vooral druk lijkt te maken over ordelijk gebruik van persoonsinformatie, zorgt
versie 3.0 voor juiste inbedding van handelingsrecht (gebruiksrecht) in
beschikkingsrecht; beschikkingsrecht dat voortvloeit uit eigendomsrecht.
Allemaal personen verwikkeld
in ordelijk informatieverkeer.
De oude versie lijkt een
tweedeling voor te staan tussen enerzijds overheidsinstanties en anderzijds andere
personen. Een laatste rudiment van verouderd óverheid/ònderdaan denken? Wie
weet. Versie 3.0 helpt die achterhaalde tweedeling soepel uit de wereld.
In hedendaagse
informatiemaatschappij gaat het immers om een grote en toenemende variëteit aan
personen die, elk afzonderlijk, op eigen wijze en met eigen taken, belangen
enzovoort, betrokken zijn bij en op allerlei ordelijk verlopend maatschappelijk
(informatie)verkeer. Voor iédere persoon moet dat verkeer met iedere àndere persoon
snel, soepel, veilig, betrouwbaar enzovoort wèrken!
iDNA
Manifest versie 3.0 vestigt sterk verbeterd evenwicht dat voortkomt uit
eigendomsrecht en beschikkingsrecht en vervolgens tot volle ontwikkeling komt
via wettelijke uitzondering op zelfbeschikking, wettelijke handelingsverplichting
en vrijwillige verlening van handelingsrecht met betrekking tot de persoon en
zijn persoonsinformatie.
Allemaal verschillende personen
die via de ordening van het iDNA
Manifest tot kleurrijk en robuust informatieverkeer komen.
Begin.
Versie 3.0 van het iDNA Manifest is inderdaad een belangrijke
verbetering. Tegelijk blijft gelden dat we nog maar aan pril en vroeg begin van
ideeën over en visie op de informatiemaatschappij staan. Daarom blijft opbouwende
kritiek zoals van Van Vliet en inmiddels ook van Houtman
(zie noot 4) onmisbaar! En voor dat doel opent Jansen binnenkort op dotindividual een discussieplatform. U
bent daar van harte welkom! Er is nog veel werk te doen.
Juli 2008, 2008 © Jan van Til